image/svg+xml

Het graf van Thomas Ainsworth

Verhaal

Het graf van Thomas Ainsworth

Plaatje bij verhaal: 720758362a89263997d7550090348979.jpg

De Engelsman Thomas Ainsworth was van grote betekenis voor de modernisering van textielindustrie in Twente. Die industrie heeft op verschillende manieren haar sporen achtergelaten in Twente en omgeving, soms op onverwachte manier. Zo staat op de kleine begraafplaats van Goor een gigantisch gietijzeren grafmonument ter nagedachtenis aan Ainsworth. Dat het grafmonument vervaardigd werd door een ander groot industrieel bedrijf in Overijssel is dan ook niet vreemd.

Engelsman van geboorte

Thomas Ainsworth werd geboren in Bolton-le-Moors op 22 december 1795 als zoon van Thomas Ainsworth en Betty Wraitty. Bolton  had rond 1795 al een bloeiende textielindustrie. Die was mede tot stand gekomen dankzij Hugenoten die in de zeventiende eeuw Frankrijk en België ontvluchtten. Onder hen waren veel wevers die de aangetroffen condities in Bolton ideaal achten voor het spinnen van garen.
Thomas werd in Bolton opgeleid tot ingenieur, uiteraard gespecialiseerd in de textielindustrie. Hij zou echter zijn kennis en kunde niet in Engeland aanwenden, maar juist elders in Europa. Hier was na de Franse tijd heel wat op te bouwen en er was werk genoeg voor iemand als Thomas.

In 1827 was hij in dienst van Cockerills machinefabrieken en hoogovens te Seraing bij Luik, in die tijd één van de grootste industriële bedrijven ter wereld.
Bij het uitbreken van de opstand in de zuidelijke Nederlanden week hij uit naar Holland. Wat hij daar aan industrie aantrof, stelde Ainsworth teleur. Nederland was in die tijd inderdaad nog een pre-industriële natie, waar echter snel verandering in zou komen. Ainsworth had eigenlijk zijn tijd mee. 

Twentse contacten

In de tijd dat hij in Wormerveer werkte leerde hij zijn latere handelsvriend, de koopman in chemicaliën en verfhout, Cornelis Kuyper kennen.
Vooralsnog besloot Ainsworth in 1832 zijn geluk te zoeken in Elberfeld, gelegen in Westfalen. In deze periode kwam hij in contact met Twentse fabrikanten en met Willen de Clerq, de secretaris van de Nederlansche Handelmaatschappij (NHM). 'Geef mij een snelspoel en een Twentse jongen en ik zal u in korte tijd calicots leveren zoveel u wilt', waren de historische woorden die Ainsworth bij deze gelegenheid volgens overleveringen heeft gesproken. Het resultaat van dit gesprek was dat er met goedkeuring van de directie van de NHM in juni 1833 een weefschool te Goor werd opgericht onder leiding van Ainsworth. Namens de NHM huurde Gerrit Schimmelpenninck in Goor voor 200,- gulden per jaar een grote schuur. Na enige verbouwingen was de schuur geschikt voor 85 weefgetouwen. Onder leiding van Ainsworth onderwezen hier vier geschoolde Engelse wevers de arbeiders de nieuwe manier van weven.  

Expansie

In het voorjaar van 1834 kreeg Ainsworth de opdracht van de NHM om fabrikanten desgevraagd van alle mogelijke informatie te voorzien. Daarvan werd gretig gebruik gemaakt zodat er aan het eind van dat jaar al vier weefscholen met in totaal 450 weefgetouwen bestonden. Ainsworth stelde de directie van de NHM voor een kleine modelweverij te stichten. Het plan van een modelweverij en een vlasspinnerij kon gecombineerd worden met een nog niet uitgevoerd idee van de NHM om in Twente een agentschap te stichten voor het in ontvangst nemen en kleuren van de goederen. De directie van de NHM ging dan ook akkoord met het voorstel van Ainsworth. De NHM huurde voor een periode de oude Havezathe de Eversberg, gelegen in de marke Notter, binnen de gemeente Wierden. Ook werd grond aangekocht in de marke Noetsele en de omgeving ten westen van de rivier de Regge.
Ten noorden van de straatweg werd het keurmagazijn gebouwd, ten zuiden er van bouwde Ainsworth met kapitaal van de NHM zijn modelweverij en vlasspinnerij. Ainsworth werd directeur van het agentschap. De plek waar al deze bedrijvigheid plaatsvond kreeg al snel de naam Nijverdal, een samentrekking van Nijver(heid) in het (Regge)dal.

Een bijzonder monument voor een bijzondere man

Ainsworth heeft de verdere ontwikkeling van de textielindustrie in Nijverdal of elders in Twente niet meer meegemaakt. Hij overleed op zaterdag 13 februari 1841, rond 10 uur, in zijn woning, huize de Eversberg bij Nijverdal. Op verzoek van zijn broer Edward werd hij te Goor begraven, waar hij wellicht in de jaren daarvoor grafrechten had gekocht op de in 1827 aangelegde begraafplaats. Thomas Ainsworth liet een vrouw, Jane Bower, en vijf kinderen achter. Zijn vrouw zette in eerste instantie de zaak voort, maar daar kwam in 1849 een eind aan. Van de gebouwen lieten de kopers niets staan. Ze bouwden op de fundamenten een nieuwe bedrijfshal naar Engels model.

Ainsworth wordt beschouwd als de grondlegger van de Twentse katoenindustrie. Om die status eer aan te doen werd na zijn dood een prijsvraag uitgeschreven voor een waardige graftombe. Veertien ontwerpen werden ingezonden waartussen ook het winnende ontwerp van E.S. Heyninckx Mz. (1813-1848) uit Amsterdam. Zijn ontwerp was een bijna drie meter hoog, neoclassicistisch monument van gietijzer. De talloze onderdelen van het monument werden in 1842 gegoten door de ijzergieterij Nering Bögel te Deventer.

Op 12 juli 1843 werd het grafmonument onder grote belangstelling onthuld. Het geheel maakte een grote indruk vanwege de grootte. Die indruk maakt het monument vandaag de dag nog steeds, vooral wanneer gelet wordt op de geringe omvang van de totale begraafplaats. Aan de voorzijde ligt een zandstenen zerk met daarop de naam Ainsworth. Deze dekt de toegang tot de kelder af.
In 1985 werd het grafmonument, dat inmiddels een rijksmonument was geworden, gerestaureerd. Daarbij kon gelijk gecontroleerd worden of Ainsworth wel degelijk hier begraven was. Het verhaal ging namelijk dat hij in Nijverdal begraven zou zijn. Bij de opening van de grafkelder werd duidelijk dat de persoon die hier begraven was wel degelijk Thomas Ainsworth was.
Naast een tekst over de geboorte- en het overlijden van Ainsworth toont de provincie haar dankbaarheid in de volgende tekst die in het midden van de sokkel is opgenomen: 'AAN EEN' NUTTIG MAN, / THOMAS AINSWORTH / HET DANKBARE OVERIJSSEL'. In 2012 is het monument opnieuw gerestaureerd.

Een uitgebreider artikel over Thomas Ainsworth is te lezen op Dodenakkers.nl.

Auteur:Leon Bok
Trefwoorden:Textielindustrie, IJzeren Eeuw Overijssel
Personen:Thomas Ainsworth
Periode:1800-1850
Locatie:Goor
Thema's:De industriële revolutie in Overijssel

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.